Op de vrijdagen dat hier geen Leids Detail staat, vind je hier heel vaak een ander onderwerp dat de Sleutelstad tot onderwerp heeft. Vandaag eens een stukje over de stad in het taalgebruik.
Iedereen kent de uitdrukking ‘zich ergens met een Jantje van Leiden van afmaken’ wat betekent dat men zich ergens met een of ander glad praatje vanaf maakt. Jan van Leiden heette eigenlijk Jan Beukelszn, leefde in de zeventiende eeuw en was hoofd van de Wederdopers. De man werd door de geschiedschrijver Orlers beschreven als een man ‘die door syne bedriechlicke scherpsinnicheydt ende cloeckheydt de menschen wist te bedriegen’. Hij wist het zelfs te brengen tot zelfbenoemd koning van Münster en met zijn zeventien vrouwen en zijn hofhouding voerde hij een waar schrikbewind uit waarbij veel bloed vloeide. Uiteindelijk werd hij toch verslagen en kostte het hem de kop. Maar eerst werd hij nog enige maanden als een soort circusattractie door het land gevoerd.
Een tweede bekende uitdrukking is: ‘En toen was Leiden in last’ in de betekenis ‘toen had je de poppen aan het dansen’. Hierbij denken we natuurlijk aan het beleg en ontzet van Leiden in 1574.
Vroeger stonden er veel wolfabrieken in de stad en er waren dan ook veel vrouwen en meisjes werkzaam in de ‘breierij’. Terwijl ze breiden praatten ze natuurlijk honderduit met elkaar. Ze deden dus twee dingen tegelijk. Door het rijmpje ‘praten en breien, doen de meisjes uit Leie’ maak je er iemand op attent dat je geen twee dingen tegelijk moet doen, dat kunnen alleen die breisters.
Een oud straatspelletje voor meisjes werd begeleid met een liedje dat ook buiten Leiden werd gezongen:
Ik wou zo graag een ketting breien
Ik moet dan door de poort van Leien
Ha ha vive la fa
Ha ha Sidonia.
Misschien was dit een oud kermisliedje en moeten we vive la fa lezen als vive la foire (leve de kermis). Maar vive la femme kan natuurlijk ook.
Tot slot een rijmpje waarvan ik de oorsprong niet heb kunnen achterhalen:
Schommele, schommele meie,
De boer die gaat naar Leie,
En als hij dan in Leie komt
dan valt hij in de koeiestront.
Er zijn ook nog tal van uitdrukkingen die je uitsluitend in Leiden hoort. Maar daarover een andere keer.
Aan de toren van de Dom van Munster hangen nog steeds de kooien inpmzitma hij tentoongesteld werd
Interessant stukje geschiedenis. Jan van Leiden was zo scherpzinnig dat hij uiteindelijk zichzelf de das omdeed. Dat gedicht van Bomans’ Pieter Bas, daar ben ik ook wel benieuwd naar. Thuis ook eens opzoeken.
Ik ben er nog stil van: had Jan man zeventien vrouwen?? Wat zal ie een zwaar leven gehad hebben 😉 Leuk, die allerhande weetjes over Leiden. Beide versjes ken ik niet, dus kan ik je er ook geen informatie over geven. Graag gelezen!
Super leuk zo’n logje over taal. Helder: Jij maakt je er niet met een jantje-van-leiden vanaf.
Grappige weetjes, Ik kende de uitdrukking wel van de eerste twee, maar eigenlijk nooit zo nagegaan waar het precies vandaan kwam.
Love As Always
Di Mario
Leiden is in het verleden heel erg belangrijk geweest, en dat is het vast nog!
Een oud pareltje, waar er maar weinig van zijn.
Erg leuke anekdotes! Ik kende de laatste twee niet, en ook de achtergrond van het eerste, dus mijn hoofd is weer wat rijker vandaag 😉
prachtig tagrijn,
leuk dat de geschiedenis jou zo kan boeien,
dat geeft erg leuke blogs:-)
fantastisch dat leiden zo’n grote invloed én geschiedenis heeft!
nog mooier vind ik het dat je dat zelfs kunt terugvinden in kinderrijmpjes! 😉
fijn weekend, tagrijn!
Sorry Bomans.
Een leuk stukje. En mooi om de achtergrond van die gezegdes en liedjes te horen.
Had Pieter Bas van Bomens ook geen gedichtje over de Leidse meisjes? Ik ga het opzoeken.
Leuk hoor! En een fijn weekend!
Nu zien we toch opnieuw wat een lange geschiedenis Leiden heeft. Het Sidonialiedje kan ik zo meezingen hoor maar dat breien laat ik graag aan anderen over 😉
Veel mensen kennen de uitdrukkingen, leuk dat je de achtergrond erbij verteld hebt.
Off topic, het beeld waar je naar vroeg hangt boven het vroegere Troef.
Dar zat heel vroeger de Mater Amabilisschool (de voorzienigheid) wij hadden het er altijd over dat beeld mater amabilis voorstelde maar ik ga er nog even verder achteraan.
Wat een leuke weetjes heb je hier weer bij elkaar gezocht .Ik ken straatversje inderdaad óók zoals Hanny het schrijft .( als ik me goed herinner groeide zij ,net als ik ,in Den Haag op ) zo gebruikte we dat bij spelletjes die op straat gespeeld werden . Leuk om de Leidse variant te zien ,en natuurlijk heb ik me hierbij niet met “een Jantje van Leiden “van het reageren afgemaakt 😉
Ik heb vroeger geleerd:
Ik zou zo graag een ketting rijgen
Maar ik kon de draad niet krijgen
Ha, ha Victoria
Ha, ha Victoria
Leuke weetjes Tagrijn.
Die eerste 2 kende ik wel van het horen, maar waar ze nou vandaan kwamen? Geen idee!