Ik vond een stukje in het eerste deel van Nederduitse dialecten uit 1882 waarin het Leidse dialect bijna fonetisch was opgeschreven. Wie daarvan een indruk wil krijgen kan hieronder een kort stukje hieruit lezen. Aan het eind van de zin gaat de toon een beetje omhoog. Vandaar dat wel wordt gezegd dat Leidenaars altijd zingen. De r wordt meestal sterk aangezet achter in de keel uitgesproken, zoals ‘de Gooise r’. (Poort klinkt ongeveer als pauwert.) Ook slikt men graag wat letters in, zodat ‘roofoverval’ klinkt als ‘rowowewal’. Door ‘import’ neemt het echte Leids wel af. Maar wie in de wijk De Kooi z’n oor te luisteren legt, komt nog ruimschoots aan z’n trekken.
Het gaat dus om arme fabrieksarbeiders die hun verdiende loon meteen naar de kroeg brachten. Als het geld dan op was kregen ze nog wel eens een ‘hùizepùisie van de jakkenie’. Dus: De diaconie in het huiszittenhuis verstrekte dan broodjes.
Voor Leidenaars is dit een makkie om te lezen, maar de overige wereldburgers zullen er misschien toch wat moeite mee hebben.
D’r binne in Lèije zau’n paar staige in grachte, der nau zauwat niks anders as fambriekers waune. Nou mò-je niet dinke omdak dà sau zig as dà ‘k laag op en arm mins nairziet, dat lèikent der niks na. Maar zie-je, alle minse, die op de fambriek werke, binne niet ainder. D’r binne der mair as genog onder, sau knap in sau fersoendelik as ie maar durft te dinke. Maar die main ik nou niet as ik van fambriekers praat. As ie en echte fambrieker wil zien, dà mô je ’s Zundagsaves bùite de Zèllepaurt gaan, dan zè je der wel zaun stik of wat as en blèi in ’t gras zien legge. ’n Haile tèid gelaije, toen der nog kemieze n’an de paurt zatte, van waiges de belasting op de jannaiver, wait je, toe wazze der hail wat mair. En herrie bùite de paurt man, van kompt er om. Dan gonge ze n’om jannaiver in en herreberg bùite de paurt en dan laije ze dat an de Rèinkant ùit te zùipe. Dat schailde ’n slok op ’n borrel, dà kè je begrèipe. Nou is de jannaiver in de stad net sau goeiekaup as bùite, in nau zie je der auk zau’n zaui nie mair. Maar der binne der altèid nog zadder (=genoeg) die het nie late kenne, in dàs je pùikie, n’aur!
-
Meest recente berichten
Archief
Categorieën
Recente reacties
- Louise van Doorn op Waar komt Pinksteren vandaan?
- klaproos op Circus Knie deel 4
- Plato op Verdere avonturen in Circus Knie
- coen visser op LEIDS DETAIL XLV
- Simon op HET VERKEERDE BETHLEHEM
Meta
Leuk om te lezen. Natuurlijk laat ik hier en daar een woord liggen waar ik niet uitkom maar het verhaal is toch wel goed duidelijk. Leuk, ik had geen idee van hoe dat Leidens dialect zou klinken. Jammer dat die dingen verwateren. Je merkt het in de Zaan ook, met name door de toevloed van Amsterdammers en mensen van nog verder weg. Maar ja, zo zijn die dialecten ooit ontstaan ook. Je zou die dingen eigenlijk op CD vast moeten leggen voor later.
Moeilijk 🙂
Toen ik ut hartop gain lese heurde ik onze postkamerr medewerrkerr en da is un echte leienaerr. Dus hailemael goed.
Dialect lezen is niet onze sterkste kant. Dus laat maar. De vertaling komt later als up-date?
Bijzonder stukje Leids. Vooral een kwestie van hardop voorlezen, dan volg ik het wel. Doet me sterk denken aan de knappe weergave van het Haags van Haagse Harrie.
Hooooogste tijd om hier weer eens te reageren!!!
Dit is voor mij een makkie te lezen Tagrijn en ik denk dat het
spreken ook wel meevalt. Ik denk dat Leidenaars en Entersen heel
goed met elkaar zouden kunnen praten: ook wij slikken graag wat in en
praten voor een buitenstaander wat zangerig 🙂 Zo zeggen wij bijvoorbeeld
geen Almelo maar Almelooooo 🙂
Ik zal gelijk eens even kijken wat ik zoal gemist heb, niet te lang want ik
moet zo richting Amsterdam 😦
Groetjessss,
beuzeblaadje
Ik kan er helemaal niets van bakken. Misschien moet ik nog een borrel nemen.
Love As Always
Di Mario
Lezen gaat nog redelijk, maar verstáán zal een heel ander verhaal zijn. Wat leuk dat je interesse voor (de Leidse) taal zo ver gaat dat je oude dialecten leest!
eigenlijk is het voor een niet-leidense als ik nog best leesbaar?
spreken zal wel wat anders zijn, vrees ik? 😆
fijn weekend, tagrijn!
Heerlijk stukje en voor @wieneke, ja hoor het is heel goed te verstaan alleen begrijpen is een tweede voor veel mensen. 🙂
Door jouw tekst zie ik opeens toch wel een beetje overeenkomst met het Haags 😀
Zo dat valt nog niet mee voor mij als import-Leidenaar (Leienaarrrr) om te lezen of uit te spreken.
Leuk stukje.
Ken je de site mijn woordenboek.nl, daar heb je ook een stukkie Leids: http://www.mijnwoordenboek.nl/dialect/leids
groetjes Ghita
PS: over lepelaars gesproken, er zat er gisteren eentje in Cronesteijn, zelf gezien, maar te ver voor een fatsoenlijke foto.
Alsof mijn tante Saar uit het graf herrezen is , terwijl ik het lees hoor ik haar zangerig stemgeluid dit stukje voorlezen .Je zou inderdaad eens een stukje “interview” in dit dialect op de kop moeten zien te tikken !Lezend kom ik er wel uit maar dat vergt bijna nét zo zorgveeldig lezen als Flores ende Blanchefloer 😉
Leids Dat wist ik niet. Ik kom eruit, maar niet makkelijk.Een groot verschil met het nederlands
Engels lees ik makkelijker.
Eigenlijk zou je dit moeten horen. Lezen gaat me goed af, maar ik ben benieuwd of ik het ook goed kan verstaan.
een broodje ee met uuuuui da’s het enige leids wat ik ken tagrijn:-)
leuk om te lezen maar ’t is wel abracadabra voor me:-)
Ja maar juh, koekeroe, van al die jannaiver wor je as un hoeretoeter, hoor!
Mooi stukkie Leids Tagrijn! 🙂
fijn weekend gewenst.