Een paar dagen geleden deed een voorval me opeens weer aan Gerrit denken. Gerrit was als psychiatrisch patiënt opgenomen in Endegeest bij Leiden. In die tijd heette dat nog gewoon gekkenhuis. Hoort in het rijtje woorden die je vroeger nog mocht zeggen. Gerrit heette trouwens echt Gerrit en ik heb die naam dus niet bedacht omdat er een uitdrukking ‘gekke gerritje’ bestaat. Ik was nog jong en woonde bij mijn ouders thuis in de Gerard Brandtstraat, niet zo ver van Endegeest; dus ik liep er af en toe wel eens langs. De mannen kwamen dan naar het hek en bietsten om sigaretten. Als ze de brand in hun gegeven peuk hadden gestoken liepen ze verder, maar Gerrit bleef staan. En daar kwam z’n verhaal weer.
‘Ik heb ze gisteren weer gezien’, begon hij dan, ‘ik moest bukken, zo laag vlogen ze, knotsen van vogels, hartstikke rood en groene vleugels. Gevaarlijk hoor!’ Ik knikte begrijpend. Bij ieder bezoek namen de beesten in grootte toe en kregen ze de omvang van de T-Rex die nu in Naturalis wordt opgebouwd.
En daardoor moest ik van de week plotseling weer aan Gerrit denken. Bij het witte kerkje op de hoek van de Cronesteynkade en de Zoeterwoudsesingel stond een opgewonden groepje jongens. Roepend en wijzend en allemaal een smartphone in de aanslag.
‘Toch moet ie daar zitten’, riep er een. Ik keek in de aangegeven richting maar zag niets.
‘Misschien is ie nu wel de kerk in gegaan’, opperde een ander. Maar een derde sprak dat tegen. ‘Nee joh, dat doen ze nooit’.
Nadat ik nog even even was blijven staan, vroeg ik een van hen waar ze naar zochten. ‘Pikachu, meneer, hij moét hier zitten.’
Plotseling viel bij mij het kwartje, wat op zich al heel bijzonder is in het tijdperk van de euro.
Het is een spelletje van Pokémon dat je met je telefoon kunt spelen. Zo’n virtueel manneke kan overal opduiken en de speler moet hem dan maar zien te vinden. Tja, je kunt ze dus ook zien vliegen als je niét in een inrichting zit.
Toen ik verder liep betrapte ik me erop dat ik zacht een oud liedje van Ronnie en de Ronnies neuriede: ‘Weet je wat ik zie als ik gedronken heb, nou, nou, allemaal beestjes, allemaal beestjes, om me heeheeheen.’ (Eerlijk is eerlijk, de naam van dit groepje moest ik wel weer even opzoeken!)
En ik realiseerde me dat we toch nog niet zo heel ver van onze primitieve voorvaderen afstaan en dat ons jachtinstinct nog springlevend is. Die jongens zijn, zonder het te beseffen, opgesloten in het digitale gekkenhuis dat smartphone heet. En veel verschil met Gerrit, die ze ook zag vliegen, is er niet.
-
Meest recente berichten
Archief
Categorieën
Recente reacties
- Louise van Doorn op Waar komt Pinksteren vandaan?
- klaproos op Circus Knie deel 4
- Plato op Verdere avonturen in Circus Knie
- coen visser op LEIDS DETAIL XLV
- Simon op HET VERKEERDE BETHLEHEM
Meta
Wat leuk geschreven, en ja hoor, we hebben weer een hype of rage. Ik doe er niet aan mee,heb zelfs nog maar sinds een paar maanden een smartphone. Ik moet wel zeggen, dat ik nu , als ik jongeren (of ook ouderen) wandelend met smartphone voor hun neus zie…., denk dat ze een Pokemon willen vangen. En ze kijken dan echt niet waar ze lopen.
Het wordt steeds gekker. Eergisteren bij de supermarkt liep er zo’n kind in mijn richting, met een smartphone op mij gericht. Ik heb me toch maar even laten wegen op de heksenwaag, en daar ben ik normaal verklaard…
Nou er zijn al mensen die iemand in de keuken hadden en die verwilder riepen: nee, hier zit iet niet hoor. Dan begin je wel even aan jezelf te twijfelen. Ach, zolang je het als een spel ziet is het allemaal niet erg. Alleen die verkeersveiligheid he…. ze moeten het eigenlijk wel lopend doen en dan goed uitkijken. Want wie wil er nu een auto in de keuken.
Ik dacht eerst dat het een kinderspelletje was, maar toen ik aan iemand vroeg of ze het op kantoor ook deden, was het antwoord: “Ja hoor”. Volwassen mensen die allemaal fanatiek ermee bezig zijn. Maar ach … als ze dat nu leuk vinden, mij best hoor.
maar je hebt het leuk beschreven, Tagrijn.
Ze liepen hier ook rond, maar ik verdom het om het spel te downloaden 🙂
Mijn moeder wei het vroeger altijd al; “er lopen meer gekken rond buiten de inrichting dan erin” en dat is alleen maar erger geworden natuurlijk nu de zorg zo weinig doet voor mensen met “een afwijking”. Maar deze pokomongekte zal wel weer overwaaien!
Evengoed heb je er een prachtig verhaal van gemaakt.
Bij ons aan de overkant is kennelijk een “hotspot” want jong en oud houdt halt om ook zo’n beestje met de smartphone te vangen. Weer een nieuwe rage. Nou ja, eindelijk eentje waar ze wel voor uit de stoel moeten komen. Grappig dat je daardoor aan Gerrit moest denken, als is het een treurig verhaal.
Lieve groet
Hier nog geen ‘jagers’ gespot, maar ze zullen er ongetwijfeld ook wel zijn. Ach, weet je, zolang mensen elkaar de hersens niet inslaan, ben ik al lang blij.
whaahhaha meesterlijk hoe de geschiedenis zich herhaalt hé, geweldig..
oh die pokemon… ik word er niet goed van 🙂
de moderne gerritten ..
ze worden alsmaar gekker, tagrijn! 😀
Wat een mooi verhaal. Ik hoorde ook over die gekte dat ze zelfs bij mensen in de tuinen lopen> Snap er helemaal niets van en dat wilde ik maar zo houden.
Ja, alles komt weerom, steeds in een andere vorm.
We blijven jagers die net als de neanderthalers destijds hun instinct volgen.
hahahaha ja.. bij mij kon je ze al zien, ennuh Tagrijn, ik ben al een ruim jaar terug, ik had jou ook al terug gevonden maar jij was toen stil en blogte even niet. Ik ben destijds gestopt omdat web-log op zijn kont lag, ik viel onder hen die niet over kon zetten direct, niet eens meer in kon loggen en ik werd dat zo zat, dat ik 3 jaar pauze heb gehouden 😉
X
Er lopen nog steeds type Gerrit rond, nu buiten de hekken.
Nu zijn ze er trots op, maar ze komen wel in beweging. Hans
Het is inderdaad een nieuwe gekte. Je hebt het mooi verpakt. Ik zag gisteren in Zoetermeer ook twee twintigers op jacht. Geen gezicht.
Een waarachtig verhaal
Zonnige groet,